In Bogor, Indonesië ontmoet ISVI een aantal vakbondsdelegees van GSBI. Nanang, Didit, Ardian en Hasan werken in kledingfabriek PT. Gunung Salak Sukabumi. Daar wordt kledij gemaakt voor onder meer H&M, Walmart en GAP. Een gesprek over nepvakbonden, het belang van refters op het werk en de realiteit van de kledingarbeiders in Indonesië.

ISVI: Hoeveel mensen werken er bij jullie in de fabriek en hoeveel verdienen ze ongeveer?
GSBI: Er werken 3200 arbeiders in Gunung Salak Sukabumi. 527 daarvan zijn lid van GSBI. Het minimumloon voor een beginner is 177 euro per maand. Daar komt nog 3 euro bij als ze de afgelopen maand niet afwezig waren. Het loon stijgt een beetje naarmate je meer anciënniteit hebt.

ISVI: Wat zijn de grootste obstakels voor een vakbond zoals GSBI in de fabriek?
GSBI: Onze grootste frustratie is dat wij geen enkele ruimte krijgen om ons vakbondswerk te doen. We kunnen niet praten met onze collega’s tijdens het werk. We kunnen enkel tijdens pauzes en na de werkuren met de leden en collega’s overleggen. We hebben ook geen vakbondslokaal of structurele overlegmomenten met de werkgever. Nadat GSBI hier als eerste een vakbond oprichtte in 2012 heeft het management een nepvakbond opgericht (gele vakbonden heet dit fenomeen in Indonesië). Zij hebben veel meer leden dan ons omdat alle nieuwkomers aan deze nepvakbond worden voorgesteld. Wij krijgen de nieuwe collega’s niet te zien bij hun aanwerving. Deze gele vakbond wordt gefinancierd door het bedrijf zelf en verstrekt zelfs leningen – met intrest – aan de arbeiders die aan het eind van de maand niet rondkomen. Ongeveer iedereen bij ons in de fabriek die geen lid is van GSBI is aangesloten bij deze nepvakbond. Ook de bedrijfscao werd uitsluitend met hen onderhandeld.

ISVI: Waarover worden jullie het vaakst gecontacteerd door de leden?
GSBI: over de arbeidsovereenkomsten. 40% van de werknemers heeft een contract van bepaalde duur. De duur van het contract hangt af van de relatie die de werknemer heeft met het management en de ploegbazen. Dat kan gaan van 3 maanden tot een jaar of langer. Werknemers komen naar ons omdat ze hun contract willen verlengen. Vaak vraagt de werkgever aan de arbeiders om zelf hun opzeg te geven voor het einde van het contract omdat er wetgeving bestaat die bedrijven verplicht om na 3 jaar een vast contract aan te bieden aan de arbeiders. Als de werknemer zelf opstapt, hoeft dit echter niet en kan men daarna diezelfde arbeider terug een contract geven van bepaalde duur.

ISVI: Waar maken jullie het verschil voor de werknemers in Gunung Salak Sukabumi?
GSBI: In de afgelopen jaren hebben wij heel wat zaken afgedwongen. Voorheen werkten alle arbeiders hier met contracten van bepaalde duur. Ondertussen heeft 60% een vast contract. Dit komt omdat wij ervoor zorgen dat de wetgeving nu wel gerespecteerd wordt en mensen een vast contract krijgen na 3 jaar. Er werd ook een mechanisme onderhandeld om contracten al vroeger om te zetten in vaste tewerkstelling. Daarnaast zijn er een aantal concrete verbeteringen waar wij trots op zijn. Vroeger was er bijvoorbeeld geen refter in de fabriek. Mensen aten tijdens de lunchpauze op straat. Aangezien er veel verkeer is rond de fabriek leidde dat geregeld tot ongevallen. Nu is er een refter voorzien voor de werknemers. In Indonesië is het meest gebruikte voertuig de motorfiets. Vaak werden motorfietsen hier in de buurt echter gestolen. GSBI heeft ervoor gezorgd dat er nu een parking is waar enkel de fabrieksarbeiders toegang tot hebben. Er waren ook veel te weinig sanitaire voorziening in het verleden. Dit hebben we aangekaart met succes. Daarnaast werken hier veel jonge vrouwen. Zij wilden een borstvoedingsruimte met voorzieningen zoals borstpompen. Ook dit konden we onderhandelen met het management. En een laatste belangrijke verwezenlijking gaat over de sociale zekerheid van de werknemers. Vroeger werden de sociale zekerheidsbijdragen en pensioenbijdragen ingehouden door de werkgever op het loon maar niet in de overheidskas gestort. Deze fondsen verdwenen in de zakken van het management. Daardoor konden de mensen hier geen beroep doen op hun ziekteverzekering bijvoorbeeld. Ook dit konden we recht zetten. De mensen hier zijn nu verzekerd in geval van een ongeval of ziekte.