“Niet iedereen wint bij de mondialisering”, “de risico’s van sociale en fiscale dumping zijn reëel”, “er zijn meer regels nodig inzake go­vernance.” De Europese Commissie kon het niet langer ontkennen en erkende dit eindelijk in de discussienota ‘Het in goede banen lei­den van de mondialisering’.

De Commissie beperkt zich niet tot interne beleid om de effecten van de mondialisering onder controle te krijgen. Zij somt alle ac­tieterreinen op om de mondialisering onder controle te krijgen. Maar ze gaat heel weinig concrete verbintenissen aan. De aangekon­digde intentie om de mondialisering in goede banen te leiden zal zich nochtans moeten vertalen in een koerswijziging en hoe snel­ler, hoe beter.

Europese financiële middelen voor ontwikke­lingssamenwerking en voor de mondiale on­dersteuning van collectieve onderhandelin­gen en sociaal overleg zouden bijvoorbeeld welkom zijn voor de bevordering van waardig werk en in de strijd tegen ongelijkheid.

Andere beslissingen moet worden terugge­draaid omdat ze niet verzoenbaar zijn met de mondiale governance en een efficiënte be­strijding van sociale of fiscale dumping.

Zou de Europese Investeringsbank er niet beter voor zorgen dat ze haar instrumenten voor de sociale begeleiding van de mondia­lisering niet verzwakt? Zou ze haar klacht­mechanismen in geval van schending van de IAO-normen door ondernemingen die lenin­gen en garanties krijgen voor hun investerin­gen in het buitenland, niet moeten versterken in plaats van te overwegen ze af te schaffen?

Zou de Commissie in de verdragen over de handel in diensten er niet beter aan doen de financiële regulering te vrijwaren? Of ervoor zorgen dat bedrijven in de e-commerce wor­den onderworpen aan de sociale wetgeving (verplichting tot vestiging, gegevensbescher­ming)?

De vakbonden moeten erop toezien dat de Commissie de daad bij het woord voegt.